OPP opstellen


Een ontwikkelingsperspectiefplan (opp) maakt u altijd voor het vastleggen van de extra ondersteuning (de passende aanpak) in de eigen school. De leerling zit of komt bij u op school en u gaat planmatig aan de slag om ervoor te zorgen dat de leerling kan leren en ontwikkelen in de setting van uw school.


Wettelijke verplichting


Het gebruik van een ontwikkelingsperspectiefplan is wettelijk verplicht voor alle leerlingen die extra ondersteuning nodig hebben. Voor de volgende groepen van leerlingen moet een plan worden opgesteld in de eerste 6 weken na de start van het onderwijs: leerlingen in het voortgezet speciaal onderwijs (vso), leerlingen in het praktijkonderwijs, leerlingen met een rugzak vanuit de oude systematiek en de leerlingen die extra ondersteuning krijgen op uw school.

Het opp is afgestemd met leerling en ouder/verzorger; er vindt minimaal 1 keer per jaar een evaluatie plaats met zowel ouder/verzorger als leerling. Het opp wordt steeds door alle betrokkenen ondertekend. Ouders hebben instemmingsrecht op het handelingsdeel (beschrijving van individuele ondersteuning, inzet van betrokkenen en hulpmiddelen).


Gebruik van opp in uw school


Een opp stelt u op als u vaststelt dat een leerling behoefte heeft aan extra ondersteuning op uw school. Dat wil zeggen in die situaties dat er op verschillende terreinen aanpassingen nodig zijn of aandacht nodig is om het leren op uw school mogelijk te maken.


Wat heeft de leerling nodig?


De werkwijze van het opp is om, op basis van bekende informatie over de leerling, te bepalen wat de specifieke onderwijsbehoefte van de leerling is en daarop een passende aanpak in uw school te realiseren. Een opp is hiermee onderdeel van een cyclisch proces van planmatig handelen, en is een middel waarin u uw passende aanpak beschrijft en onderbouwt: motiveren en documenteren. De redenering in een opp is ‘van achter naar voren’, dat wil zeggen: de focus ligt op het perspectief van de leerling en van daaruit redeneert u terug naar wat er nu nodig is om –via tussendoelen- het einddoel te behalen. De centrale vraag is dus steeds: Wat heeft de leerling nodig?


Onderbouwing doorverwijzing naar vso of OPDC


Daarnaast wordt het opp binnen ons samenwerkingsverband gebruikt als onderbouwing van een aanvraag voor extra ondersteuning binnen het vso of een lesplek op een OPDC. Met het opp kunt u laten zien hoe u als school gewerkt hebt met de leerling en onderbouwen waarom u zelf niet (meer) in staat bent om de benodigde ondersteuning te kunnen bieden.

Handreiking OPP


Doel van deze handreiking is om houvast te bieden voor een zo beknopt mogelijk OPP dat enerzijds de wettelijke vereisten bevat en geen overbodige administratie vergt en dat anderzijds functioneel is voor de aanpak op school (en thuis) en helpend in de samenwerking binnen schoolteams en met professionals, ouders en leerlingen. Kortom een OPP zoals bedoeld: een middel om de juiste ondersteuning voor de leerling te realiseren. Nieuw in deze handreiking is de wettelijke plicht om leerlingen te horen over hun OPP (hoorrecht). Het hoe en waarom hiervan is ook opgenomen in deze handreiking.


De handreiking is tot stand gekomen in afstemming met Sectorraad GO, Ouders & Onderwijs, Balans, Ministerie van OCW, Inspectie van het Onderwijs, PO-Raad en VO-raad.


Inhoud

Het basisdocument gaat over het werken met een OPP: wat is de bedoeling ervan? Hoe kunnen we het OPP benutten om doelgericht en constructief samen te werken? Hoe maken we het makkelijker in het gebruik en hoe kan het scholen helpen om het OPP juist en efficiënt in te zetten? In aanvulling op het basisdocument zijn verdiepende thema’s in 18 FAQ’s uitgewerkt. Deze documenten zijn onderaan deze pagina te bekijken.


Hoorrecht

De nieuwe handreiking bevat daarnaast informatie over hoorrecht, de wettelijke plicht om leerlingen te horen over hun OPP. Dit wordt geregeld met het wetsvoorstel ‘Versterking positie ouders en leerlingen in passend onderwijs’. Deze wet treedt op 1 augustus 2025 in werking. Voor meer informatie over wat er verandert, zie onderstaande visual van het ministerie.