In gesprek met Bertil Boshuizen, voormalig directeur innovatie Koers VO
Op 1 maart a.s. gaat onze gewaardeerde collega Bertil Boshuizen met pensioen! Samen met hem kijken we terug op zijn tijd in het onderwijs en bij Koers VO. We zeggen nu alvast: beste Bertil, het ga je goed!
De beginjaren
‘Ik ben in 1980 begonnen in het voortgezet onderwijs op een techniekschool, het ITO. Het was een schoolsoort die nu niet meer bestaat. Gaf daar o.a. techniek in een groot praktijklokaal en rekenen en aardrijkskunde in een theorielokaal. Ik heb daar veel van geleerd. Een prachtig vak. Mooi om te zien dat dezelfde jongeren zich bij het een of het andere vak heel anders kunnen gedragen. Context doet ertoe! Vervolgens heb ik in het onderwijs verschillende functies gehad zoals leerkracht binnen het vso, ambulant begeleider, zorgcoördinator en directie. Op een bepaald moment ben ik gestart in de voorloper van samenwerkingsverband Koers VO. Dat was in een tijd dat de scholen voor vmbo en praktijkonderwijs moesten samenwerken. In die tijd waren er in Rotterdam drie samenwerkingsverbanden die per denominatie georganiseerd waren. Ik was coördinator van een van die samenwerkingsverbanden.
Uiteindelijk is besloten om hier één samenwerkingsverband van te maken. Op 1 maart 1999 is samenwerkingsverband Koers VO opgericht, met Jaap van der Have als directeur, ik als zijn plaatsvervanger annex beleidsmedewerker en Carla Nab als ondersteuning. Met de invoering van passend onderwijs in 2014 werd Koers VO het samenwerkingsverband voor alle scholen voor voortgezet (speciaal) onderwijs. Ik kreeg de rol van directeur innovatie, waarin ik voornamelijk bezig ben geweest met de aansluiting tussen onderwijs en jeugdhulp.’
Krachten bundelen
‘In het begin was het overleg met de gemeenten over de verbinding tussen passend onderwijs en jeugdhulp vooral een beleidsoverleg waarin we ontwikkelingen met elkaar uitwisselden. Het heeft wel even geduurd voordat we elkaar begrepen en echt samen op konden trekken om zo met oplossingen te komen. Goede relaties zijn een voorwaarde om een stap vooruit te kunnen zetten. Het is soms ingewikkeld om iets gedaan te krijgen, maar juist door de krachten te bundelen kom je tot mooiere oplossingen voor jongeren en ouders. In taal zijn dan kleine veranderingen zoals de beweging van ‘de school als vindplek’ naar ‘de school als werkplek’ richtinggevend. Niet het exporteren van problemen, maar juist het importeren van oplossingen is nodig. Binnen Koers hebben inmiddels alle scholen begeleiding passend onderwijs in huis. Ook zie je op steeds meer scholen de inzet van (beschikkingsvrije) jeugdhulp. Het helpt scholen enorm als ze de beschikking hebben over verschillende expertises en dat hierbij de besluitvorming over de inzet ook op het niveau van de school is belegd. Juist dan lukt het om daar waar nodig snel meters te maken. Ook kan zo veel bureaucratie worden voorkomen.
Nieuwe oplossingen voor jongeren
‘Ik heb mij de laatste jaren vooral beziggehouden met jongeren die langdurig het contact met het onderwijs kwijt zijn geraakt. Het gaat dan bijna altijd om jeugdigen die vanuit het onderwijs en jeugdhulp ondersteuning nodig hebben.
Ik vind het mooi wat we met de verschillende partners bij het Zorg Onderwijs Centrum voor elkaar hebben gekregen. Hier werken twee partijen samen onder één dak: jongeren krijgen weer toekomstperspectief door inzet jeugdhulp van Timon en onderwijs van Educé.
Een ander mooi voorbeeld is het Goudseplein voor jongeren die ooit in het voortgezet (speciaal) onderwijs zijn gestart, maar om allerlei redenen langdurig niet de hele week op school kunnen zijn. Het Goudseplein is een veilige plek waar ze naar toe kunnen gaan en tot leren en ontwikkelen kunnen komen. Ze kunnen hier ook twee tot drie keer in de week naar toe, zonder de druk om vijf dagen aanwezig te zijn. Samen hopen we te voorkomen dat deze jeugdigen in een vrijstelling komen waardoor we ook de relatie met het leren via het onderwijs afsnijden.
Ik vind mooi dat we dat voor elkaar hebben gekregen met verschillende partijen. Het was geen gemakkelijke klus, maar ik kijk met veel voldoening terug naar het resultaat. Hierdoor zijn er nieuwe oplossingen voor jongeren en ik hoop dat er de komende tijd meer van dit soort nieuwe oplossingen ontstaan. Inmiddels hebben we het over een onderwijszorgcontinuüm. Het een kan niet zonder het ander.’
Andere dingen
‘Ik ga het missen dat ik hier straks niet meer professioneel bij betrokken ben als ik met pensioen ben. Ik laat het allemaal over mij heen komen en laat het even bezinken. Eerst ga ik heerlijk op vakantie. Ik zie er ook wel naar uit om tijd te besteden aan andere dingen. Ik ben pas opa geworden en vind het fantastisch om mijn kleinzoon te zien opgroeien. Verder kan ik meer tijd steken in verschillende hobby’s, zoals tuinieren in de moestuin, zeilen op de catamaran, muziek maken. Ook heb ik zin om nieuwe dingen op te pakken die ik nog niet eerder gedaan heb.’